Wat te overwegen met selecteren van een zonnebloemvariëteit

Tegenwoordig zijn de meeste zonnebloemzaden op de markt hybrides. In die zin zijn boerderijopgespaard zaad significant minder productief en moet de teler dus jaarlijks nieuw zaad kopen. Dit staat de veredelaars toe om sterk te investeren in het onderzoeken en ontwikkelen van hybriden voor verschillende klimaten met goede agronomische eigenschappen en resistentie tegen biotische en abiotische stressen. Het kiezen van de juiste hybride is een belangrijke factor voor succesvolle zonnebloemcultivatie.

Het eindproduct gebruik is het eerste wat de telers moeten overwegen. De grote meerderheid van de commerciële zonnebloemhybrides zijn oliezaadtypes, waar confectiehybriden een nichemarkt behouden. In veel gevallen publiceren zonnebloemolieproductie industrieën lijsten met hun voorkeurshybriden. Een bonus wordt vaak gegeven voor deze hybriden. Meestal zijn dit hybriden met hoog oliezuur, die hoge concentraties aan enkelvoudig onverzadigd vet, een eigenschap die gewild is in de olieproducerende industrie.

Met betrekking tot cultivatieplek zou de teler verscheidene dingen moeten overwegen voor het selecteren van de juiste hybride. De regio’s klimaatconditiet hebben invloed op elke fase van gewascultivatie. Als korte omschrijving heeft een cultivar een gemiddelde temperatuur van boven de 10 oC na zaaien voor goede kieming en snelle groei, geen overmatige hitte, droogte tijdens de bloeitijd voor succesvolle bestuiving en droge omstandigheden tijdens droogfase tot aan de oogst. Afhankelijk van de timing van deze weeromstandigheden moet de vroegheid van de geselecteerde hybride besloten worden. Gebieden dichter bij de evenaar neigen om late hybrides te selecteren omdat de warme periodes van het jaar langer zijn. Nog steeds worden er op grotere hoogtegraden ook late hybrides gekozen, maar daar is zaad drogen na oogsten meestal nodig.

Abiotische stressomstandigheden zouden ook moeten overwogen worden bij het selecteren van de juiste hybride. Zonnebloem is een bekende droogtetolerante plant; daarentegen neigen sommige hybriden een stabielere oogst te hebben zelfs in erg droge jaren. In gebieden met hoge kans op zware zomerstormen gecombineerd met hagel en/of sterke windvlagen zouden kortere hybrides gecultiveerd moeten worden die tegen deze omstandigheden kunnen. Op het moment zijn er voldoende semi-dwerg hybriden op de markt.

Bremraap (Orobanche cumana) is economisch gezien de meest belangrijke parasiet van zonnebloemen aangezien het kan zorgen voor schadelijk oogstverlies. Als de zaden kiemen, hecht het pathogeen zich aan de zonnebloem’s ondergrondse delen en voed zich aan de gastheer. Als een veld geïnfecteerd is, is het extreem lastig te reinigen, omdat zaad tot 10 jaar kan overleven. Verschillende bremraaprassen zijn bekend (A-H). Voor elk ras moet een verschillend resistent gen aanwezig zijn in de genetische achtergrond van de hybride om resistentie te tonen. Op deze manier moeten telers in de regio weten welk bremraapras hun land infesteerd om de juiste hybride te kiezen. Alhoewel een resistente hybride kiezen het gevaar van bremraap opkomst niet elimineert, is het een essentieel onderdeel van het omgaan met een bestaande infestatie. De ontwikkeling van herbicideresistente en herbicidetolerante hybriden aan het begin van de 21e eeuw had een cruciale rol in bremraapcontrole.

Zo ver als het de agricultuurgebruiken aangaat, kunnen telers kiezen tussen simpele en herbicideresistente hybriden, welke de aanbrenging van enkele niet selectieve breedgebladerde en gras herbiciden kan weerhouden.

Er zijn twee typen van zulke resistentie in zonnebloemen. De technologie die het eerst ontdekt is wordt Clearfield® genoemd. Planten houden een specifiek resistentiegen die uit de wilde Helianthus annuus komt. De cultivatie kan het aanbrengen van elke herbicide met het actieve ingrediënt imazamox (bv Pulsar) weerstaan. De tweede generatie van deze technologie werd gepresenteerd in het afgelopen decennium. Clearfield+® hybriden kunnen een significant hogere dosis aan imazamox weerstaan, wat een betere oplossing bied in velden met moeilijk controleerbare onkruiden.

De tweede resistentietechnologie wordt ExpressSun® genoemd en leverd de zonnebloemhybriden met resistentie tegen het actieve ingrediënt van sulfonylureum herbiciden, tribenuron-methyl. De ExpressSun® trademark kan gebruikt worden door enkel het bedrijf dat de technologie heeft geïntroduceerd. Daardoor zijn bedrijven die tribuneron-methyl resistente hybrides produceren het woord Sulfo als identificatiemiddel voor deze technologie gaan gebruiken.

Als een simpele hybride geselecteerd is kan met breedgebladers onkruid worden omgegaan door herbicidegebruik voor het zaaien of voor de opkomst. Mechanisch wordt onkruid meestal gecontroleerd door het gebruik van grondbewerking door strokenbewerking tussen te rijen wanneer de planten 4 echte bladeren of meer hebben. Herbicideresistente hybrides kunnen beveiliging bieden voor telers als onkruid dat moeilijk onder controle te houden is verschijnt of de weeromstandigheden niet gunstig zijn voor het aanbrengen van herbiciden voor het zaaien/opkomst. Simpele hybrides zijn een geweldige keuze in gebieden met weinig tot gematigde onkruidsdruk waar gewasrotatietechnieken worden gevolgd. Er zijn voldoende simpele hybriden veredelt over de laatste decennia met uitstekend oogstpotentieel en resistentie tegen biotische en abiotische stress. Het is belangrijk om op te merken dat Clearfield® en ExpressSun® technologiën dezelfde functionele wijze hebben, het inhibiteren van vorming van α-acetomelkzuur (ALS inhibitoren). Daardoor verwijderd rotatie tussen hybrides met deze twee technologiën het risico op de selectieve druk die zou kunnen leiden tot het verschijnen van resistente onkruiden niet.

Referenties

  1. https://agriculture.basf.us/crop-protection/products/herbicides/clearfield.html
  2. Clearfield® Plus Production System for Sunflower (https://www.google.com/url?sa=t&source=web&rct=j&url=https://www.agricol.co.za/wp-content/uploads/2017/09/Clearfield-Plus-Sunflower.pdf&ved=2ahUKEwj-5rj0uY_4AhXqS_EDHaYEAdwQFnoECAUQAQ&usg=AOvVaw2o9f2rZJBKq1MRlh1vxPNk)
  3. Imazamox,Massachusetts Department of Agriculture Division of Crop and Pest Services and Massachusetts Department of Environmental Protection Office of Research and Standards, 2014 (https://www.google.com/url?sa=t&source=web&rct=j&url=https://www.mass.gov/doc/imazamox/download&ved=2ahUKEwixubnJxZT4AhVBDewKHXPSA5MQFnoECAMQAQ&usg=AOvVaw3YpxumgGmfon2Kdc_xd1Et
  4. Gulya T.J., Mathew F., Harveson R., Markell S., Block C. (2016) Diseases of Sunflower. In: McGovern R., Elmer W. (eds) Handbook of Florists’ Crops Diseases. Handbook of Plant Disease Management. Springer, Cham. https://doi.org/10.1007/978-3-319-32374-9_27-1
  5. Saul, Wolf-Christian et al. (2017), Data from: Assessing patterns in introduction pathways of alien species by linking major invasion databases, Dryad, Dataset, https://doi.org/10.5061/dryad.m93f6
  6. Louarn, J., Boniface, M. C., Pouilly, N., Velasco, L., Pérez-Vich, B., Vincourt, P., & Muños, S. (2016). Sunflower resistance to broomrape (Orobanche cumana) is controlled by specific QTLs for different parasitism stages. Frontiers in plant science, 7, 590.

De geschiedenis van zonnebloem

Wat te overwegen met selecteren van een zonnebloemvariëteit

Irrigatie van zonnebloem

Zonebloem bemest vereisten

Onkruidmanagement in zonnebloemteelt

Zonnebloem plagen en ziekten

Opbrengst, oogst, opslag van zonnebloem

Zonnebloem voorbereiding, grond vereisten en zaailing vereisten

ONZE PARTNERS

We bundelen onze krachten met NGO, universiteiten en andere organisaties wereldwijd om onze gemeenschappelijke missie op het gebied van duurzaamheid en menselijk welzijn te vervullen.